Een mooie nazomerdag. De voorspellingen zijn anders, maar hier schijnt de zon aan een wolkenloze lucht. In mij komt een gedicht van Rilke op, Rainer Maria Rilke.
Ik publiceer het hierbij met een mooie vertaling van Peter Verstegen.
Herbsttag
Herr: es ist Zeit. Der Sommer war sehr groß.
Leg deinen Schatten auf die Sonnenuhren,
und auf den Fluren laß die Winde los.
Befiehl den letzten Früchten voll zu sein;
gib' ihnen noch zwei südlichere Tage,
dränge sie zur Vollendung hin und jage
die letzte Süße in den schweren Wein.
Wer jetzt kein Haus hat, baut sich keines mehr.
Wer jetzt allein ist, wird es lange bleiben,
wird wachen, lesen, lange Briefe schreiben
und wird in den Alleen hin und her
unruhig wandern, wenn die Blätter treiben.
Herfstdag
Heer, het is tijd. Het was een grootse zomer.
Leg nu uw schaduw op de zonnewijzers
en laat de wind over de velden komen.
Gebied de vruchten vol te zijn,
verleen hun nog twee zuidelijker dagen,
stuw ze naar de voldragenheid en jaag
de laatste zoetheid in de zware wijn.
Wie nu geen huis heeft, bouwt het ook niet meer,
wie nu alleen is, zal het nog lang blijven,
zal waken, lezen, lange brieven schrijven
en rusteloos de lanen op en neer
gaan als de wind de blaren voort zal drijven.
Ik publiceer het hierbij met een mooie vertaling van Peter Verstegen.
Herbsttag
Herr: es ist Zeit. Der Sommer war sehr groß.
Leg deinen Schatten auf die Sonnenuhren,
und auf den Fluren laß die Winde los.
Befiehl den letzten Früchten voll zu sein;
gib' ihnen noch zwei südlichere Tage,
dränge sie zur Vollendung hin und jage
die letzte Süße in den schweren Wein.
Wer jetzt kein Haus hat, baut sich keines mehr.
Wer jetzt allein ist, wird es lange bleiben,
wird wachen, lesen, lange Briefe schreiben
und wird in den Alleen hin und her
unruhig wandern, wenn die Blätter treiben.
Herfstdag
Heer, het is tijd. Het was een grootse zomer.
Leg nu uw schaduw op de zonnewijzers
en laat de wind over de velden komen.
Gebied de vruchten vol te zijn,
verleen hun nog twee zuidelijker dagen,
stuw ze naar de voldragenheid en jaag
de laatste zoetheid in de zware wijn.
Wie nu geen huis heeft, bouwt het ook niet meer,
wie nu alleen is, zal het nog lang blijven,
zal waken, lezen, lange brieven schrijven
en rusteloos de lanen op en neer
gaan als de wind de blaren voort zal drijven.